In de serie Migrant Voice laten we uiteenlopende mensen met migratie-ervaring aan het woord. Deze keer een bijdrage van Mohammed Alkhateeb, student en lid van de Adviesraad Statushouders in Noord Brabant, gevolgd door een reflectie van Jorrit Hoekstra. 

Mohammed Alkhateeb: “In een nieuw land moet je altijd onder nul beginnen. Dit was altijd wat ik mezelf vertelde toen ik naar Nederland kwam zonder taal en kennissen en met een waardeloos diploma uit Turkije. Onder de nul zit je in een gevecht met je heimwee en teleurstelling. De obstakels waren groot en de motivatie was minder. Toch had ik geen andere optie dan doorgaan. Voor een Arabier als ik is het Nederlands echt een grote monster. Die twee talen hebben nul overeenkomsten, zelfs het alfabet is anders. Deze ervaring heeft elke statushouder die nieuw in Nederland terechtkomt: een gevoel van machteloosheid en onbekwaamheid.

Na één of anderhalf jaar in het nieuwe land begin je als statushouder pas wakker te worden van je culturele trauma en ga je zoeken naar oplossingen. De taal leren is niet voor de hand liggend. Nederland is een heel snel land, je moet je aan het ritme aanpassen. Eigenschappen zoals proactief zijn, initiatief nemen en gedisciplineerd zijn, zijn hier heel essentieel. Dit waren eigenschappen waar ik graag eerder over had geweten. Ik voelde me ongehoord als ik daar vragen over stelde. Ik miste altijd de vluchtelingenkant van het verhaal en ik vond dat er een stapje was dat ik niet kon vinden.

Vluchteling in de Nederlandse maatschappij
Ik ben Syriër en zal altijd de wereld zien vanuit mijn Syrische ogen. Maar een stukje kennis over Nederland zou me enorm hebben geholpen om mijn situatie in het land beter te begrijpen. Naar mijn mening had ik echt beter gepresteerd als ik meer over Nederland had geweten. Om goed te kunnen integreren, moet je naast de taal leren ook uitleg krijgen over hoe het land in elkaar zit. Dat heb ik meestal gemist bij de integratietrajecten, die meer gefocust waren op de taal en minder op de maatschappij. Dus als vluchteling moest ik zelf op zoek gaan naar de Nederlandse waarden en normen en naar wat wel en niet acceptabel is binnen de maatschappij. Integratie is een proces dat van beide kanten goed moet lopen: de samenleving en de vluchteling.

De Adviesraad Statushouders
Integratie zal nooit goede resultaten geven wanneer je het verhaal slechts van één kant hoort. De nieuwe integratiewet uit 2021 is veelbelovend, maar er moet altijd kritisch daarnaar gekeken worden. Vluchtelingen verdienen een luisterend oor voor hun wensen. Zij verdienen ook een integratiemodel dat gemaakt is voor hun gemak en belangstelling.  Dat is nu niet altijd het geval. De nieuwe integratiewet eist bijvoorbeeld dat nieuwkomers moeten presenteren wat hun plan in Nederland is. Op basis van deze presentatie wordt het plan goedgekeurd of niet. Dat is prima, alleen krijgen nieuwkomers hiervoor maar tien weken de tijd om dit voor te bereiden. De uitleg over deze presentatie is in het Nederlands. Dit maakt het zeer moeilijk en uitdagend.

Ik ben echt enorm dankbaar dat ik als lid van de Adviesraad Statushouders in Noord-Brabant mee mag denken over oplossingen rond het onderwerp integratie en asielbeleid. Uiteindelijk zijn het mensen als ik die de integratie moeten doen. Naast onze ervaringen laten we altijd andere vluchtelingen enquêtes invullen om zoveel mogelijk het verhaal van de vluchtelingkant te laten horen. In die adviesraad werken we hard om kritisch te kijken naar de toepassing van de nieuwe integratiewet in de regio Hart van Brabant. Zo gaven we advies aan een organisatie die werkgroepen verzorgt voor statushouders die presentaties moeten geven. Wij adviseerden hen om vertalingen beschikbaar te maken in de eigen talen van nieuwkomers, en om te zorgen voor meer diversiteit binnen de groepen. In de praktijk zien we in organisaties die ons advies volgen enorm goede resultaten hebben wat betreft de integratie van vluchtelingen. Zo’n adviesraad van statushouders is naar mijn mening heel erg nodig in elke regio.”

Over Mohammed Alkhateeb:
Mohammed Alkhateeb is 26 jaar en  geboren en getogen in Syrië. Sinds 5 jaar woont hij in Nederland. Hij studeert Farmacie aan de Universiteit Utrecht en zit in de Adviesraad Statushouders in de provincie Noord-Brabant. Mohammed is daarnaast bestuurslid van de Thema-afdeling Asiel en Migratie van D66. In 2020 is hij genomineerd voor de ECHO Award voor Diversiteit en Inclusie namens Tilburg University.

Jorrit Hoekstra: “Migranten als bruggenbouwers tussen hun gemeenschap en beleid”

Met zijn rol als lid van de adviesraad statushouders vervult Mohammed een prachtige rol als verbinder tussen de wereld van statushouders en de wereld van beleid. Zijn eigen ervaringen laten goed zien waarom dit zo van belang is: als vluchteling is het echt zoeken om in Nederland je weg te vinden. De taal leren gaat niet vanzelf. Ook de manier waarop Nederlanders met elkaar omgaan is voor velen erg wennen. Er zijn kant-en-klare antwoorden op de vraag hoe je daar als vluchteling zelf mee moet omgaan.

Er is momenteel veel aandacht het betrekken van mensen die geraakt worden door beleid bij het ontwikkelen van datzelfde beleid. Een adviesraad kan daarbij een mooie rol spelen. Het Planbureau voor de leefomgeving (PBL) en het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) schreven zeer recent twee stukken over burgerparticipatie. En ook de Koepel Adviesraden Sociaal Domein besteedt er aandacht aan.

Hoewel de rapporten zich niet specifiek richten op vluchtelingen of statushouder, zijn de aanbevelingen toch interessant. We lichten er enkele kernpunten uit:

Het stuk van het SCP gaat over het organiseren van burgerfora: waarom zou je dit doen, met wie, met welke tools en hoe dit past in het democratisch bestel? Het SCP adviseert om helder te zijn over het doel en burgers te betrekken bij het formuleren ervan. Cruciaal voor het succes is dat in het burgerforum alle geluiden te horen zijn en dat iedereen een gelijke kans heeft om zijn stem in te brengen. Een andere aanbeveling is om na te denken over de vraag hoe burgerfora en andere democratische vernieuwingen structureel kunnen bijdragen aan het verbeteren van de werking van de representatieve democratie.

Het PBL kijkt nog breder naar alle vormen van burgerbetrokkenheid, waaronder bijvoorbeeld initiatieven van buurbewoners die hun leefomgeving willen verbeteren. Volgens het planbureau moet de overheid dit soort initiatieven faciliteren en samenwerken met groepen burgers in het oplossen van maatschappelijke vraagstukken. Het planbureau adviseert verder om diversiteit van burgers uitgangspunt te maken van beleid. Nu heeft de overheid vaak een te eenzijdig burgerbeeld, waardoor groepen in de samenleving zich niet in het beleid herkennen en zich niet gesteund voelen door de overheid.

Zelf zijn wij als OnMigration met onze partner Populytics met diverse gemeenten in gesprek over een online raadpleging. Daarbij nemen we de inzichten van Mohammed en die van het SCP en PBL mee. Er is geen gouden formule voor het organiseren van participatie. De context bepaalt welke insteek het beste past. Maar het is wel heel nuttig om te leren van verschillende initiatieven gericht op participatie en de mening van experts. Maar zeker ook van de inzichten van mensen zoals Mohammed, die zelf geraakt worden door beleid en die tijd investeren in het verbeteren daarvan.

Bronnen: